Het Sprookjesboek

Nederlandstalige Sprookjes & Verhalen
om on-line te lezen



Vlasov

Een levenslied uit het oude Rusland

Hij had een hond die even groot en ruig was als hijzelf. Die vergezelde hem elke dag naar de fabriek en wachtte elke avond op hem aan de poort. Op vrije dagen liep Vlasov de herbergen af. Hij liep zwijgend en doorboorde de voorbijgangers met zijn blikken. En de hond liep de hele dag met zijn grote, afhangende, dichtbehaarde staart achter hem aan. Als Vlasov dan dronken thuiskwam, ging hij zitten eten en voerde de hond uit zijn bord. Hij sloeg hem niet, vloekte niet tegen hem en streelde hem nooit. Na het avondeten gooide hij het vaatwerk op de vloer als zijn vrouw het niet bijtijds had weggeruimd, zette een fles brandewijn voor zich op tafel, ging met zijn rug tegen de muur zitten en galmde met gedempte, melancholische stem een lied, waarbij hij zijn mond wijd opensperde en zijn ogen sloot. De klagende, lelijke klanken deden zijn snor trillen en slingerden de broodkruimels uit de haren; de bankwerker echter streek met zijn dikke vingers zijn baard glad en... zong. De woorden van het lied waren langgerekt en onverstaanbaar; de melodie herinnerde aan wolvengehuil in de winter. Hij zong zolang er nog brandewijn in de fles was; daarna liet hij zich op de bank vallen of legde zijn hoofd op de tafel en sliep tot de fabrieksfluit weer klonk. De hond lag naast hem.
(Klein stukje uit de roman 'De Moeder',
geschreven door Maksim Gorki in 1906-1907)


Trouw:
Iemand niet verlatend, ook niet in moeilijke omstandigheden.
Je vindt het nog bij een hond.



Meer uit Het Sprookjesboek  >>

HomeSouvenir ShopNew ArrivalsRLE ictMailboxEnglish SectionGreeting CardsDutch SectionSitemapDonations